Dagboek - Nepal: Deel 4

Van Ngadi tot Jagat : zondag 3 november 6

Dit is een mooie warme dag met een steile klim op het einde. Er zijn hier vele kinderen met huidinfecties. s’Avonds komen de dorpelingen aanbieden om voor ons te dansen en muziek te maken om zo wat geld voor het aanleggen van de nieuwe weg op te halen. Het wordt een gezellige avond waarbij we zelf ook meedansen en waar de kinderen van het dorp zich amuseren met gekke snuiten te trekken in de weerspiegeling van de olielamp. s’Nachts kan ik niet slapen wegens het zingen van een krekel in het stuikgewas vlak langs de tent, tot ik uiteindelijk opstond en eens aan de struik ging schudden.

Van Jagat naar Dharapani : maandag 4 november 7

Vandaag schoten we minder snel op omdat de dragers ons niet kunnen volgen. Middagmaal te Thal. Dit betekent meer in het nepalees omdat de rivier die sterk meandert hier een vlakte gevormd heeft. We komen op het idee om ‘s middags te gaan zwemmen in de rivier omdat het echt snikkend heet is. Een groep schoolkinderen staat ons sterk aan te gapen, en het blijkt inderdaad dat het water ijskoud is. We keren maar terug en ik koop een kettingkje. s’Avonds komen we in Dharapni aan en is het al vrij koud. Dharapni is een mooi dorpje met aan het begin en het eind een soort toegangspoort met 3 kleine stupa’s erop, de hoofdstraat is met stenen geplaveid. We zijn moe en gaan vroeg slapen.

Van Dharapani naar Chame : dinsdag 5 november 8

Van Dharapani klimmen we naar Bagarchap. Dit dorpje werd op 10 november 1995 verwoest door een grondverschuiving. Er vielen vele doden waaronder ook enkele buitenlanders, waarvoor nu een gedenkteken geplaatst is. Nadien gaat het verder door een bos . We klimmen nu hoger en het landschap verandert van tropisch woud naar herfstbos, loof en dennebomen. Onderweg zagen we voordurend de Manaslu achter ons en de Lamjung Himal (waarschijnlijk, er is discussie over) voor ons. Later zien we ook Annapurna II. Chame is een klein Tibetaans stadje. We kamperen achter een schooltje en zien de zonsondergang op de Manaslu die oranje-rood verkleurt. In dit dorpje vinden we voor het eerst warmwaterbronnen, al zijn ze wel gloeiend heet, zodat je er niet echt in kunt baden.

Van Chame naar Ongre : woensdag 6 november 9

Het is vrij koud als we ‘s morgens opstaan (+-O°) Nadien stijgen we flink tot 3600m, waar ik op de adem moet trappen. We krijgen mooi zicht op Paungda Pand(foto ) , een bergflank die door een gletsjer is uitgesleten en komen zo op een plateau, waar vroeger de gletcher lag. Daar pick-nicken we. We zien de Annapurna II en in de verte de Annapurna IV liggen. Pisang is een dorpje dat uit 2 delen bestaat, een oud op de bergflank en een nieuw onder, waar we voorbijwandelen (foto ). Er

was wel enige discussie over de benaming van de dorpjes Pisang en Ongre, maar later bleek dat ze op de kaart gewoon verkeerd aangeduid staan. Dit gebeurt trouwens vaker in Nepal. We klimmen over een kleine kam waarboven het wegens de wind die komt opzetten vrij koud is. Hier hebben we uitzicht op Ongre met zijn vliegveld . We dienen dan ook enige tijd te wachten op de dragers die een eind achtergebleven waren. We gaan reeds rond 19h slapen omdat het te koud is om iets anders te doen.

Van Chame naar Manang : donderdag 7 november 10

Als we ‘s morgens opstaan is de rivier naast onze tent bevroren. We lopen ons warm naar Bradan en wat verder komen we tegen de middag reeds in Manang, ons einddoel voor vandaag. Hier kunnen we uitrusten in de middagzon. Er zijn extreme temperatuursverschillen van -10 tot +25 graden. Manang blijkt een gezellig en vrij rijk dorpje te zijn dankzij zijn handel in drugs. Het uitzicht is er indrukwekkend. Ik klim op de ertegenoverliggende heuvel om foto’s te maken. Voor ons hebben we prachtig uitzicht op het Annapurna massief. Van links naar rechts : Annapurna IV en III, Gangapurna en verder Khatung Kang, de lange vlakke kam. Tussen Annapurna III en Gangapurna ligt een gletcher. Het hoogteverschil tussen de plek waar ik sta en de vooor mij liggende berg is 4000m, dit is zeer indrukwekkend. Vlakbij is een Boudistisch klooster waar monniken bidden. Rondom Manang vliegen veel kraaien. Het dorpje bestaat uit nauwe straten waar pakken bevroren sneeuw, soms helemaal zwart geworden door de voetstappen, zich ophopen. We logeren op het dak van een koestal, waar je in 3 verdiepingen naar omhoog moet klimmen via smalle houten trapjes. We blijven de hele namiddag zalig van de zon genieten.

Van Manang naar Jakarka : vrijdag 8 november 11

Vandaag ben ik ziek opgestaan, de appeltaart van gisteravond ? Braken, krampen en diarree maken de dag vandaag lastig. Toch nog tot de middag gewandeld tot Jakarka en de hele namiddag en nacht aan een stuk door geslapen. Onze sirdar speelt het klaar om met de plaatselijke Dide, die zeker niet op haar mond gevallen is, toch ervan te overtuigen om ons te laten overnachten in haar "hotelletje"(foto hieronder) en dit voor een vierde van de prijs die ze eerst vroeg. De discussie waaraan beiden duidelijk plezier beleefden, was een show zoals we ze zelden gezien hebben.